Parcoursbeschrijving

Het Pajottenland in april, dat is een waar ‘Breugeliaans gravelfestijn’ van vers geploegde akkers, glooiende weides, bomen met een frisgroen bladerdek en tussen dat alles een spinnenweb van grindpaden, kouters, aardewegen, singletracks en lang vergeten kasseibaantjes. Slalom je tussen de plassen of stuif je over uitgedroogde ‘groads’? Daarover zullen de weergoden beslissen met hun aprilse grillen!

Je vertrekt in Groot-Bijgaarden, op een boogscheut van de drukte en hectiek van onze hoofdstad. Net dat is het mooie aan de Groene Rand rond Brussel: haast in de schaduw van de basiliek van Koekelberg, het Atomium en de wolkenkrabbers aan Brussel-Noord ontrolt zich een ruraal paradijsje waar je gravelbike kan uitblinken met z’n veelzijdigheid.

Op de korte afstand van 60 kilometer zie je haast constant de hoogbouw van de hoofdstad in de verte. Toch laat je het rumoer van de stad – letterlijk – links liggen. Nadat je een tijdje op onverharde wegen langs het geraas op de E40 hebt gefietst, ontdek je de rust in ingedommelde dorpjes met fantastische namen als Sint-Ulriks-Kapelle, Sint-Martens-Bodegem, Sint-Laureins-Berchem of Sint-Gertrudis-Pede.

Via ‘Sint-Remco-Schepdaal’ gaat het over een paar heerlijk brede grindwegen naar het Kasteel van Gaasbeek. Vergeet hier vooral niet te stoppen aan de ‘Krijmerie van Gaasbeek’: daar hebben ze de lekkerste ijsjes van het Pajottenland! Overdrijf echter niet met het roomijs, want je zal al gemerkt hebben dat het in deze streek constant op en af gaat. Dat blijft ook zo wanneer je je weg verderzet richting Pepingen en hét baken in deze regio: de 302 meter hoge zendmast in Sint-Pieters-Leeuw. De enorme betonnen speer is een oriëntatiepunt en torent boven het landschap uit. Hoe dichterbij je komt, hoe indrukwekkender het bouwwerk eruit ziet. En met je gravelbike passeer je er vandaag vlak langs!

Dit is trouwens ook de streek waar Pieter Bruegel de Oude in de 16e eeuw inspiratie vond voor zijn schilderwerken. Wist je dat zowel de watermolen van Sint-Gertrudis-Pede als de kapel van Sint-Anna-Pede in twee van zijn werken voorkomen? Je komt er op de terugweg naar Dilbeek aan voorbij! En eens je de lange rechte Ninoofsesteenweg nog eens bent gekruist, dan weet je dat je het gaspedaal nog eens helemaal mag induwen voor de eindspurt: je bent bijna terug in Groot-Bijgaarden voor de après-bike!

Waag jij je liever aan de 95 kilometer? Dan duik je vanuit Sint-Martens-Lennik nog een eind dieper het Pajottenland in. In de buurt van Lennik en Gooik liggen de grindostrades haast voor het uitkiezen. Leuk punt langs de route: de Hertboommolen in Roosdaal. Wie oud genoeg is om het zich te herinneren, weet dat in de jaren ’60 Kapitein Zeppos hier woonde! Via Neigem en Lieferinge – beiden deelgemeenten van Ninove – snuffel je even aan Oost-Vlaanderen. Maar vanaf keerpunt Vollezele gaat het over een grindpad op een oude trambaan opnieuw oostwaarts richting Kesterheide. Vanop deze heuvel heb je een prachtig panorama over de regio.

Wist je trouwens dat er in Kester en Pepingen best veel fruittelers zijn? De streek is minder bekend dan Haspengouw of het Hageland, maar ook hier vallen in april wat bloesems te spotten. En dat lukt het best vanop de gravelbike: je doorkruist een paar boomgaarden onderweg naar het monumentale ‘Hof ter Bree-Eik’. De indrukwekkende vierkantshoeve is de grootste in de streek en er wordt volop aan gerestaureerd. Dit pareltje wordt binnenkort immers een kenniscentrum voor biologische landbouw. Iets verderop in Gaasbeek pik je weer in op de route van 60 kilometer.

De langste route van 135 kilometer brengt je vanuit Ninove nog door het ‘stiltegebied Dender-Mark’ richting Vlaamse Ardennen. Voor de echte bikkels staat het triptiek Muur – Bosberg – Congoberg nog op het menu. Al vlieg je de Oudenberg en de Bosberg aan via verrassende offroad weggetjes waar je vast en zeker nog nooit eerder hebt gefietst! Het grind maakt hier en daar plaats voor aardewegen, singletracks en wat technischer paden, maar geen nood: je gravelbike blijft het uitverkoren ‘weapen of choice’ om ook deze uithoek van de route te verkennen. In Vollezele heb je alle extra kilometers (en hoogtemeters) achter de rug en vervolg je je tocht samen met de deelnemers van de 95 kilometer.

Parcours 50 km

Parcours 90 km

Parcours 130 km